Linus Vanlaere en Chris Gastmans. Zorg aan zet. Ethisch omgaan met ouderen. Leuven: Davidsfonds, 2010. 180 p., ∊ 22,50
Zorgen is als schaken, aldus de Vlaamse zorgethici Linus Vanlaere en Chris Gastmans in de openingszet van dit boek. Niet dat het bij zorg gaat om stukken, om tegenstanders of om de uiteindelijke triomf. Nee, de parallellen zijn veeleer te vinden op een ander vlak. Net zoals schakers via het spelbord een zeer eigen relatie onderhouden, waarin non-verbale communicatie zichtbaar een rol speelt en beide spelers vaak feilloos de specifieke nuance van bepaalde zetten aanvoelen, ontstaat er onvermijdelijk een relatie tussen twee mensen wanneer er gezorgd wordt. En zoals een potje schaken zich op talloos veel manieren kan ontvouwen, zo kent ook een zorgrelatie enorm veel mogelijkheden en kan deze betrekking tussen twee mensen zich in veel richtingen ontwikkelen. Dat vraagt van zorgverleners het vermogen genuanceerd te denken en op fijngevoelige wijze signalen van de ander waar te nemen. Zorg aan zet wil een aanzet geven tot ethisch denken over wat zich dagelijks aan zorghandelingen op de werkvloer van de ouderenzorg afspeelt.
Gastmans is hoogleraar medische ethiek aan de Katholieke Universiteit in Leuven en publiceert vooral op het gebied van verpleegkundige ethiek, zorgethiek, zorg rond het levenseinde en ouderenzorg. Vanlaere promoveerde bij hem op een wijsgerig onderzoek waarin de zorg voor suïcidale ouderen een centrale plaats inneemt. Tegenwoordig is hij onder meer wetenschappelijk medewerker van sTimul, een zorgethisch lab waarin een kleine afdeling voor ouderenzorg wordt gesimuleerd. Zorgverleners krijgen hier gelegenheid zich onder te dompelen in de leefwereld van ouderen door als simulantbewoners een aantal dagen en een nacht door te brengen op deze afdeling. Deze perspectiefwisseling vormt vervolgens het uitgangspunt voor ethische reflectie op het eigen werk. Samen schreven de twee Vlamingen eerder het boek Cirkels van zorg (2005),waarin ze hun breed georiënteerde visie op ouderenzorg uiteen zetten. De kern van die zorg is volgens Vanlaere en Gastmans het erkennen van het persoon-zijn van de oudere mens en het hebben van een gevoeligheid voor individuele verschillen tussen mensen en voor de kwetsbaarheid die voor elke oudere anders is. Zorg aan zet bouwt voort op dat eerdere werk en valt uiteen in twee delen.
In het eerste deel passeren vijf thema’s in de zorg voor ouderen de revue. Een aantal van die thema’s is ronduit alledaags te noemen. Zo opent het boek met een prachtig hoofdstuk over iets heel precairs: bedplassen. Een lichaam dat het laat afweten, zet iemands waardigheid op het spel. Temeer nog omdat ook de vrijheid om eigen keuzes te maken en daarmee de controle over het eigen leven aangetast worden, zo constateren Vanlaere en Gastmans. De opmaat voor de reflectie, waarin ethische begrippen als waardigheid, integriteit enmededogen centraal staan,wordt in dit openingshoofdstuk gevormd door fragmenten uit de literaire bestseller Nachttrein naar Lissabon van Pascal Mercier. Daarna volgen hoofdstukken over wassen en over intimiteit en seksualiteit bij ouderen met dementie. Beide hoofdstukken vertrekken steeds vanuit concrete praktijkvoorbeelden, om na nadere ethische analyse te eindigen met een oriëntatie op hoe ethisch omgaan met dergelijke situaties er in de dagelijkse zorg voor ouderen uit ziet.Hetzelfde stramien wordt aangehouden bij de twee minder alledaagse thema’s waarmee het eerste deel afsluit: kunstmatige vocht- en voedseltoediening en euthanasie bij ouderen met dementie.
Het tweede deel van Zorg aan zet concentreert zich vooral op strategieën voor ethisch overleg in de zorginstelling. Maar voordat Vanlaere en Gastmans dieper op dat overleg ingaan, geven ze inzicht in de mensvisie die het fundament vormt onder hun denken over zorg. Zij benaderen ‘zorg’ en ‘zorgethiek’ vanuit het perspectief van het zogenaamde Leuvense personalisme. Centraal daarin staat de gedachte dat de menselijke persoon wezenlijk relationeel en lichamelijk van aard is. Dat heeft, betogen de auteurs, gevolgen voor het startpunt van zorg. Voor iemand zorgen wordt niet bepaald door de mate waarin deze aanspraak maakt op zorg of omdat de zorggever vanuit principe (‘rechtvaardigheid’) handelt, maar doordat iemand geraakt wordt door de situatie van onwaardigheid en kwetsbaarheid waarin de ander zich bevindt.We zorgen voor anderen omdat dit deel is van ons mens-zijn en niet uit verplichting van buitenaf. Goede zorg is zorg die gericht is op de capaciteiten en vermogens van individuen en de ontwikkeling daarvan en vergroot zo de autonomie van de zorgontvanger. Niet omdat deze allerlei beslissingen geïnformeerd en onafhankelijk neemt, maar omdat de zorg van anderen (‘relationaliteit’) die capaciteiten en groei mede mogelijk maakt. Deze uitgangspunten zijn niet alleen richtinggevend voor het denken van Vanlaere en Gastmans; in het laatste hoofdstuk van het boek vormen ze ook de ondergrond voor een handzame, concrete ethische overlegmethode.Dat stappenplan vereist allereerst het formuleren van het knelpunt dat in de praktijk aan de orde is. Vervolgens richt het overleg zich op het bespreken van de emoties en intuïties die in de casus meespelen, de waarden van waaruit wordt gereageerd, het verwachtingspatroon van de verschillende betrokkenen rondom de zorg en de concretisering van een ‘gedeelde zorgvisie’ in afspraken omtrent wie wat doet en wanneer.Het stappenplan wordt geïllustreerd aan de hand van een casus.
Als Zorg aan zet een ding duidelijk maakt dan is het wel dat goede zorg voor ouderen een diep menselijke aangelegenheid is,waarbij zowel de kwetsbaarheid van de zorgvrager als die van de zorggever in het spel is. Voor verpleegkundigen, verzorgenden, verpleeghuisartsen en geriaters, maar ook voor andere zorgverleners,managers en beleidsmakers die veelvuldig betrokken zijn bij de zorg voor ouderen vormt dit boek een prima aanleiding voor verdere reflectie op de (morele) kern van het vak. Hoewel veel practici niet gewoon zullen zijn in de ‘taal van de ethiek’ te lezen, vind ik dat Vanlaere en Gastmans er in geslaagd zijn hun reflecties op een goed leesbare en behapbare wijze te presenteren. Dat is te danken aan de praktijksituaties die veelal als uitgangspunt dienen voor hun overwegingen,maar ook aan de indeling van de hoofdstukken in korte, heldere paragrafen. Toch zal het lezen van dit boek voor professionals die meer gewend zijn te handelen dan te lezen soms ook enig geduld en doorzettingsvermogen vergen.Maar die inzet zal zeker beloond worden.Want wie dagelijks probeert bij te dragen aan een menswaardig bestaan van ouderen en daarbij het onmiskenbare belang van de zorgrelatie ervaart, herkent onmiddellijk de meerwaarde van ethische reflectie op wat zich in de ouderenzorg afspeelt en de noodzaak daar zorgvuldig over te overleggen.